Als je te maken krijgt met zaken als ontslag of anderszins in conflict raakt met je werkgever, dan is het bijzonder handig dat je een beroep kunt doen op de rechtsbijstandverzekering. Dat blijkt wel uit onderstaande zaak, een mooi voorbeeld van hoe het kan gaan met het opzeggen van een arbeidscontract.
Vooraf
In 2018 gaat een meneer aan de slag als onderhoudsmedewerker. Hij tekent een arbeidsverbintenis voor de duur van een jaar, tegen een salaris van 1420 euro bruto. Hij kan bovendien gebruik maken van een bedrijfsauto.
Wat de werknemer zegt
‘Ik ben op 25 juni 2018 officieel in dienst gestreden en de verbintenis eindigde op 24 juni 2019. Drie weken voor 24 juni kreeg ik een brief van de werkgever. Daarin lieten zij me weten dat het contract op 24 juni 2019 zou eindigen en dat het contract niet verlengd werd. Nadien is er een gesprek geweest over de financiële afwikkeling en heb ik getekend voor akkoord. Bovendien heb ik de auto ingeleverd. Een dag na het eindigen van het dienstverband heb ik een rekening gestuurd naar de werkgever en een bedrag van 1620 euro bruto geëist. De werkgever weigerde dat te betalen, ook niet na een sommatie van mijn advocaat. Ik eis het geld vanwege het te laat opzeggen van het contract. Dit had eerder moeten gebeuren. Vervolgens ben ik naar de kantonrechter gestapt. Daar beweerde mijn werkgever dat ze al in mei een brief gestuurd hadden met daarin de mededeling dat het contract niet verlengd werd. Die brief heb ik niet gehad of gezien. De kantonrechter ging echter mee met de werkgever. Die liet weten dat uit mijn gedragingen bleek dat ik het wel degelijk wist. Bovendien kwamen ze met een schadeclaim vanwege beschadigingen aan de bedrijfsauto. Ik zou er stickers af hebben gehaald met een schuurspons. Uiteraard ben ik in hoger beroep gegaan toen de kantonrechter meeging in het verhaal van de werkgever.’
Wat de werkgever zegt
‘We hebben al in mei een brief gestuurd. Uit alles bleek ook dat hij wist dat het contract niet verlengd werd. Na de brief in mei heeft hij dat duidelijk laten merken door bepaalde gedragingen en ook door met een schuurspons stickers van de auto te halen. De schade is fors. Bovendien hebben we ook al eens gesproken over het slecht functioneren van meneer. De brief van juni was slechts een herhaling van die van mei. En behalve de beschadigingen aan de auto, bleek de auto ook behoorlijk vervuild. Om niet te moeilijk te doen hebben we die kosten niet eens meegerekend.’
Rechter in hoger beroep
De rechter in hoger beroep ging best verrassend mee in de beweringen van de werknemer. Uit niets is namelijk duidelijk geworden dat het arbeidscontract schriftelijk en al in mei is opgezegd. En dat had wel moeten gebeuren. Ook achtte de rechter het niet bewezen dat de werknemer met een schuurspons stickers van de auto heeft gehaald.
Dure grap voor de werkgever
En dus werd het alsnog een kostbare zaak voor de werkgever. De rechter in hoger beroep namelijk, vernietigde de uitspraak en veroordeelde de werkgever tot betaling van 959,76 plus rente aan de werknemers. Voorts moest het geding betaald worden (213 euro en 360 euro salaris) en moesten ook de kosten die de werkgever gemaakt had vergoed worden in de vorm van 322 euro en 1518 euro. Dat maakt in totaal een bedrag van 3372,76 euro. Plus dan nog de rente over een bedrag van 959,76 euro.